Vrijstaat Gavdos
Gavdos, 9 september 2014
De boot ronkt, schuurt en haalt ratelend haar ankers aan boord. Het is ochtend. De zon opereert al op volle kracht. Vanuit de kade van Loutro scharrelen enkele rugzaktoeristen het schip op over de metalen neergedaalde laadklep. Het is maar een klein gezelschap, dat net als wij de oversteek naar het eilandje Gavdos waagt. De boot kantelt en keert. De aantrekkende motor doet alle loszittende onderdelen trillen. Met het tempo van een wandelaar op leeftijd probeert de boot het water te doorklieven. Urenlang duurt de tocht van amper 36 kilometer. Traagheid legt alle ritmes stil. We zijn op weg naar een andere orde, het meest zuidelijke punt van Europa, met krap 45 inwoners. Bij aankomst in het haventje verdringen alternatieve eilanders met rastahaar zich op de smalle weg. Karren met vracht worden af- en aangereden. Een man vertoont stuiptrekkingen. Het oord heeft meer van Afrika dan van Griekenland.
Zongebrande mannen in verroeste trucks proberen zich een doorgang te verschaffen vanuit de ontstane opstopping. Hier wordt uit een ander vaatje getapt. Gavdos is een tegen Libië aangelegen Griekse vrijstaat van een paar vierkante kilometer, geïsoleerd van de rest van de wereld. En niet in de eerste plaats omdat het een eiland is. Het bizarre karakter en het ontbreken van orde en regels maakt het oord aantrekkelijk voor een handjevol bezoekers. Electriciteit wordt vanuit een dieselagregaat opgewekt, gas uit de fles. Er zijn enkele taverna’s met een draadloze internetverbinding.
Eilandkunst
Gavdos, 10 september 2014
De niet-wetende bezoeker krijgt de indruk dat het om een kunstproject gaat: overal in het afgebrokkelde landschap zijn verroeste auto’s, landbouwvoertuigen en huishoudelijke apparaten gepositioneerd op een opvallende plek, bewoond door kippen en geiten, die erin, eruit of eroverheen springen. Enkele oude huizen, gebouwd van keien, liggen verlaten in het desolate landschap, de facade fier overeind, het interieur ingestort. Alsof er plots een bom door het dak is gevallen en de bewoners gevlucht. De ooit fraaie voordeuren worden langzaam door de tijd aangevreten. Aanzetten tot nieuwbouw komen niet verder dan het karkas.De tijd zet ook zijn tanden in de tot roest en stof voorbestemde auto’s. Het eiland wekt in toenemende mate de belangstelling, na de hippies weten ook anderen het te vinden. Wild kamperen is natuurlijk geen probleem. Er rijdt een stoffige lijnbus over de beperkt geasfalteerde wegen. “No timetable, I am the timetable.” zegt de buschauffeur. Voor een raki rijdt hij naar behoefte. De plaatsnamen wekken de indruk van dorpen, maar dat wordt niet waargemaakt. Meer dan een paar huisjes is er niets te vinden op het verder verlaten eiland. Geen winkels, geen tankstation. Benzine kan in een klein marktje per fles worden gekocht.
Landerigheid
Gavdos, 11 september 2014
Gavdos is puur en desolaat, doet bizar aan en werkt op de lachspieren. Aan de einder vloeit de kleur van het zeewater samen met die van de lucht. De aarde is dor, bezaaid met stof, gruis en keien. Alleen naaldbomen gedijen er. De verhuurder van ons appartement, een Georgiër, lacht als wij hem vragen naar de verzekeringsvoorwaarden van de huur van één van zijn twee auto’s: “Gavdos, no problem!” laat hij weten en overhandigt zonder papierwerk of rijbewijs, de autosleutel. Bij het hoger gelegen Vadsianos, een kruising op een heuvel met een kapel en enkele povere huisjes, leggen we aan en maken foto’s van een in onbruik geraakte tractor, die onder een struik lijkt de poseren in het landschap. Een oudere gebruinde man, eigenaar van het terrein, komt lachend naar ons toe. Hij wijst richting het Afrikaanse continent en roept; “Gadafi!”en vervolgens naar de andere kant: “Italy, mafia, photo?.” Als de man hoort dat we bij Consolas huren, toept hij; “capitalista!” Consolas beschikt over meerdere appartementen op het nabijgelegen Kreta. “Raki?” even later zitten we aan tafel op het terras van zijn woning. Bedreven laat hij een anderhalve literfles raki rondgaan. Plotseling loopt hij weg en komt terug met een lam in zijn arm, dat hij bij Dais in de schoot legt. Bij het ontbijt van Consolas vanochtend ontmoetten we een Brits ouder stel. Hij schrijver, bekend in eigen land, en zij bekend feministe en actief voor de OVSE. Zij bereidt haar reis naar Soedan voor. Hij schrijft net als vorig jaar een boek op Gavdos. Beiden zijn verhalenvertellers. Ze maken van de ontbijtruimte een theaterzaal.De overheid is volledig afwezig op het eiland. Een eenzame agent, die zijn wagen meestal aan het strand heeft staan, verleent hand- en spandiensten aan een taverne. Drukte ontbreekt, maar binnen enkele jaren zullen ook hier de affiches van Tripadvisor hun intrede doen. Een krekel weet van geen ophouden en ratelt en rinkelt er op los, laat zich door de kracht van de zon niet weerhouden. Intussen is er geen leven op het eiland. Iedereen is landerig of afwezig.